Ontdek Puglia… een streek vol verrassingen
Dat Puglia dé perfecte vakantiebestemming is, wisten de Italianen allang. Sinds jaar en dag daalt men elk jaar in de maand augustus vanuit het Noorden af naar Puglia en mondjesmaat zag je auto’s met buitenlandse kentekens op de weg. Pas de afgelopen twee jaar is het in Nederland (en in de rest van Europa) doorgedrongen dat het goed toeven is in de hak van de laars. Bijna aarzelend laat men zich veroveren door deze bergloze streek. In eerste instantie word je overvallen door de schoonheid van de oude lijvige olijfbomen op de rode aarde in de door lage muurtjes begrensde landerijen. Op zoek naar het culturele erfgoed, vind je het uitbundig barokke Lecce, de grotwoningen van Matera of de indrukwekkende mozaïeken vloer in de kathedraal van Otranto. Terwijl in de rest van Italië hele busladingen vol van de ene hotspot naar de ander worden gereden, wordt in Puglia niks, behalve dan Alberobello, met veel tamtam gepresenteerd. Het is er gewoon en bijna elk binnenstadje is een klein pareltje, die je soms eerst nog uit zijn schaal moet kraken. Dit, het verrassende eten en de ongerepte stranden en blijken Puglia tot een verslavende cocktail te maken. Ons paradijsje ligt middenin deze schuchtere pracht, aan de rand van La Città Bianca – Ostuni.

Ostuni… la citta bianca, de witte stad
Al van ver zie je Ostuni op een heuvel liggen. Het oude centrum met zijn 2 kerkdaken steekt erboven uit en in dit authentieke gedeelte kun je lekker ronddwalen door kleine straatjes met pittoreske doorkijkjes. Er zijn vele restaurantjes, pizzeria’s (pizza vanaf 8 uur ’s avonds, want eerst moet de houtoven goed heet zijn) en kleine, toeristische winkeltjes Rondom de stad is een muur vanwaar uit je een prachtig uitzicht hebt over de zee en de landerijen van de gemeente Ostuni. De rest van de stad is modern en van alle gemakken voorzien. Vrijwel alles wat je nodig hebt is er te krijgen en er is ook een bioscoop. Er zijn diverse supermarkten, waarvan er sommigen de hele dag en op zondagochtend open zijn. Op zaterdagochtend is er een zeer uitgebreide markt. Ostuni ligt 4 km bij ons vandaan en ligt als een spinnetje in een web. Vanaf Ostuni lopen er allerlei wegen alle kanten op.
Als je vanaf ons straatje de andere kant op gaat, kom je uit in Carovigno. Aan de buitenkant is het geen mooi stadje om te zien, maar de omgeving rondom het plein en het kasteel, is erg mooi. Op het plein kun je het Italiaanse leven aan je voorbij zien trekken, maar niet tussen 1 en 5, want dan is het uitgestorven. Ook hier vind je de nodige supermarkten en andere winkeltjes.

Alberobello en de Valle d’Itria
Als je vanaf Ostuni de weg naar Alberobello (hét trulli-dorp) neemt, kom je door de Trulli-vallei. Mooie kleine weggetjes slingeren door dit gebied en u zult van de ene verbazing in de andere vallen. Her en der in de vallei verspreid, liggen de trulli in allerlei soorten en maten. Sommigen zijn vervallen, sommigen zijn prachtig opgeknapt, maar allemaal leveren ze een bijdrage aan het sprookjesachtige voorkomen van deze streek. Soms waan je je in het decor van de Hobbitstee van de film ‘In de Ban van de Ring’. Je ziet die kleine Hobbits al zo hun koppies uit de lage deuren steken. Meestal heeft een trullo geen ramen, dit om de warmte (en de kou) buiten te houden. Onderweg kom je langs nog twee andere witte stadjes op een heuvel: Cisternino en Locorotondo. Vanaf die heuvel heb je een prachtig uitzicht over de Trulli-vallei.
De weg vanaf Ostuni naar Martina Franca, ook deze gaat door de Trulli-vallei, is misschien nog wel mooier dan die naar Alberobello. Je komt aan in de buitenwijken van een ommuurd stadje maar als je daar de poorten van de binnenstad eenmaal van doorgaat, dan verlies je op slag de weg (en je hoofd). De barokke binnenstad is adembenemend mooi met zijn kleine straatjes die nergens op uit lijken te komen. Als je eenmaal de weg hebt gevonden naar het pleintje en het Palazzo Ducale dan wacht je daar ook weer een aangename verrassing. Martina Franca heeft op woensdagochtend ook een zeer uitgebreide markt.
Voor de liefhebbers van bergen oude stenen, is er vlakbij Fasano, de Romeinse nederzetting Egnazia, het einde de Via Trajanus. Nog verder omhoog vind je Monopoli (alleen de naam al….) en Polignano al Mare. Er zijn eigenlijk teveel mooie plekjes om op te noemen!


Salento
Vanaf Piazza Azzurra naar het zuiden toe, nog dieper de Salento in, zijn er de steden Lecce, Otranto en Gallipoli. Lecce is dé barokke stad van Puglia, Otranto heeft een prachtige profane mozaïekvloer in zijn cathedraal en Galipoli haalt zijn charme uit de vissersromantiek. Stuk voor stuk zijn ook deze steden de moeite waard om als dagtochtje te bezichtigen. In de Salento is er een uitgebreid fietspadennetwerk en doordat het redelijk vlak is (afgezien van de plaatsjes op een heuvel) is het goed te fietsen. In de trein van de Pugliese spoorwegen, mag je fiets gratis mee.
De Gargano
Voor de mensen die vanaf het noorden komen aanrijden, of op Pescara willen vliegen en rustig naar de Salento willen afzakken, is er ook nog de Gargano – de spoor van de laars. Dit gebied is in 1995 uitgeroepen tot Parco Nazionale en is dus uitstekend geschikt om te fietsen of te wandelen. De Gargano is het enige echte gebergte in Puglia en de kust behoort tot de woestste van Italië met loodrechte rotswanden die de zee induiken. Het toerisme is hier sterk ontwikkeld en in de zomermaanden is het een gekkenhuis, vooral in de plaatsen Vieste, Peschici en Rodi Garganico.
Let wel! In de meeste steden en dorpjes gaat de boel tussen 1 en 5 op slot. Wellicht is er ergens nog wel een lekker pastaatje te verorberen, maar alle winkels en bezienswaardigheden zijn dan dicht. Het loont dus de moeite om ’s ochtends lekker vroeg op pad te gaan en dan ’s middags een duik in zee te nemen.
Bandiera Blu
Al meer dan 20 keer heeft Ostuni de Bandiera Blu (Blauwe Vlag) eco-label ontvangen voor haar schone stranden. De Witte Stad is een van de 10 locaties in Puglia die dit jaar deze waardering heeft gekregen. De Blauwe Vlag is een internationale milieuonderscheiding die jaarlijks wordt toegekend aan stranden en jachthavens die aangetoond hebben schoon en veilig te zijn. Het doel van het Blauwe Vlag Programma is om overheden, ondernemers en recreanten blijvend te betrekken bij de zorg voor schoon en veilig water, mooie natuur en een gezond milieu. Het mogen voeren van een Blauwe Vlag is een erkenning voor de inspanningen die de strandgemeente of jachthavenbeheerder op dit gebied heeft geleverd. Voor de toerist is de Blauwe Vlag internationaal het herkenning- en kwaliteitssymbool voor goede stranden en jachthavens. Je kunt de zee vanaf ons hek zien liggen en hemelsbreed is de afstand nog geen 5 km. Over de weg echter is de zee 10 km verderop. Het is ook te fietsen. Er zijn heel veel verschillende strandjes. Soms zand, soms rots, soms kleine baaitjes en soms een lang zandstrand. Soms liggen ze aan een plaatsje vast en soms zijn ze midden in een natuurgebied. Allemaal de moeite waard om eens van dichterbij te bekijken. Wel een parasolletje mee en goed insmeren, want in de zomermaanden kan het erg heet zijn.